De verloskundige belt me en vraagt of ik naar Hester wil kijken. Ze is nu vier dagen oud, en ze is geel, sloom en suf. Zou ze té geel zijn en onder de lamp moeten?Hester komt in de Maxi-Cosi en haar gele huidskleur steekt af tegen de witte muts. Haar geboorte was een feest: het ging vlot en ze huilde meteen. De eerste twee dagen moest de borstvoeding op gang komen, ze lijkt nu wel te drinken. Ze plast niet zoveel. Als vader haar uit de kleren heeft gepeld – het is de eerste en het gaat nog een beetje onwennig – zie ik een prachtig meisje met alles erop en eraan. Ze is kanariegeel. Ze weegt 3260 gram en dat betekent dat ze fors is afgevallen, want bij de geboorte was ze 4060 gram. Met een apparaatje meten we via de huid of ze te geel is en dat blijkt inderdaad het geval.
Bilirubine
De meeste kinderen worden na de geboorte een beetje geel. Rode bloedcellen worden voortdurend aangemaakt en afgebroken. De rode kleurstof die daarbij vrijkomt, verandert in de gele stof bilirubine. Bilirubine maakt suf en sloom en beschadigt, als er heel veel van is, de hersenen. De lever maakt deze gele bilirubine onschadelijk en scheidt het uit in de darmen. De gele kleurstof is dan inmiddels bruin geworden en wordt uitgepoept. Als kinderen teveel bilirubine hebben en ze er last van krijgen, komen ze onder een blauwe lamp. Door het blauwe licht wordt bilirubine onschadelijk gemaakt.
Blauwe lamp
Hester komt ook onder de blauwe lamp. Omdat ze zoveel is afgevallen, krijgt ze extra voeding. Blijkbaar had ze te weinig voeding genomen. Moeder schrikt daarvan: ‘Kan ik wel voldoende borstvoeding geven?’ Ik stel haar gerust. Hester dronk eerst weinig en werd daardoor sloom. Ze dronk daardoor nog minder. Daarbij werd ze geel en dat maakte haar nog slomer, en de combinatie van beide maakte haar suf. Nu we haar behandelen doorbreken we die vicieuze cirkel en dan komt het drinken wel op gang.
De meeste kinderen worden na de geboorte een beetje geel.
Als ik de volgende dag bij Hester en haar ouders kom, ligt Hester hard te brullen. ‘Ze laat zich goed horen’, zegt vader trots. ‘Moet ze nu een fles of borstvoeding?’ vraagt moeder. Borstvoeding natuurlijk! Moeder pakt Hester op en legt haar aan. Hester zoekt even en pakt de tepel. Ze drinkt stevig, ik hoor het klokken. ‘Oeps, dit voel ik,’ zegt moeder, ‘zo deed ze dat eerder niet.’ De uitslag van het bloedonderzoek naar het gehalte van de bilirubine komt binnen: het is een stuk lager. Het gewicht van Hester is mooi gestegen. Dat betekent dat er geen risico’s meer zijn: Hester kan in de Maxi-Cosi en weer naar huis.
Troch: Tjalling de Vries
Ut: heit&mem nr. 2 2015