Irene Zijlstra is verpleegkundige bij de GGD Fryslận Jeugdgezondheidszorg. Zij werkt op het consultatiebureau in Bolsward. Hier komen ouders met kinderen van 0-4 jaar. Geregeld ziet ze jonge ouders die na de komst van hun (eerste) kindje kampen met slaapgebrek. ‘Moeders zijn vaak de spil in huis. Als ze zichzelf te weinig rust gunnen, gaat het mis. Veel moeders krijgen last van het ‘grijze-wolkgevoel’.’
De huidige maatschappij is veeleisend. Jonge ouders werken vaak allebei. Met de komst van een kindje verandert er veel in hun leven. Gemiddeld de helft van alle baby’s heeft in- en doorslaapproblemen en dat heeft zijn weerslag op de ouders. ‘Ouders proberen zelf eerst van alles om hun baby in slaap te krijgen. Ze wiegen ze, leggen ze aan de borst of nemen ze mee in hun eigen bed. Maar een kind moet leren om op eigen kracht in het eigen bedje in slaap te komen’, aldus Irene. ‘Rust en regelmaat geven duidelijkheid en zijn dus zeer belangrijk! Voor het kind en de ouders.’
Als de ouders zich na een paar weken van weinig slaap bij Irene melden, zijn ze vaak doodop.
‘Eerst accepteren ze de gebroken nachten wel. Maar het houdt een keer op. Soms zijn ze al bij hun huisarts geweest, die hen de nodige adviezen heeft gegeven.’
Beide ouders hebben last van het slaapgebrek. De meeste vaders moeten ’s ochtends weer vroeg naar hun werk en kunnen overdag niet even gaan liggen. Moeders draaien helemaal overuren. Als ze een moeilijke zwangerschap en ook nog eens een zware bevalling achter de rug hebben, zijn de reserves op. Tel daarbij op het voeden, het verschonen en het huishouden en je krijgt oververmoeide moeders.
Welke adviezen geeft Irene zoal? ‘Zorg in de eerste plaats goed voor jezelf! Als je zelf vermoeid bent, slaat dat over op de baby. Bouw tijd in voor jezelf en voor je relatie. Je bent nu papa en mama, maar ook nog steeds geliefden. Denk aan een oppas, ga eropuit. Zorg voor voldoende steun en neem de tijd om aan de nieuwe situatie te wennen. Wees realistisch in de verwachtingen die je hebt van je kind en jezelf.’
Een week na het bezoek aan het consultatiebureau belt Irene de ouders terug.
Als er verbetering is opgetreden, rondt Irene het telefonisch af. Is dit niet het geval, dan volgt een pedagogisch huisbezoek. ‘Zo’n gesprek in de thuisomgeving vinden de meeste ouders fijn. We bespreken de slaapplek van het kindje. Hebben de ouders vaste rituelen? Hoe is het voedingspatroon?’
‘Ouders kunnen veel leren door goed naar hun kind te kijken. Een baby is als een open boek. Natuurlijk zijn er algemene richtlijnen, en die zijn ook belangrijk, maar geen kind is gelijk!’
Tips voor een goede slaapplek voor het kindje:
1) Ventileer de slaapkamer
2) Zorg voor een constante temperatuur (16 – 18 graden)
3) Zorg voor een verduisterde kamer door goede gordijnen op te hangen. Een donkere kamer bevorderd een diepe slaap door de melatonine-aanmaak.
4) Gebruik geen felle kleuren. Pastel en aardetinten werken rustgevend.